RapportTapuiten in de Eierlandse Duinen op Texel in 2021

Download
Tapuiten in de Eierlandse Duinen op Texel in 2021
Omslag Tapuiten in de Eierlandse Duinen  op Texel in 2021

Weinig vogelsoorten zijn in Nederland zo afhankelijk van open, droge duinhabitats als de Tapuit Oenanthe oenanthe. In het laatste kwart van de vorige eeuw is de soort als broedvogel sterk in aantal afgenomen. Op de Rode Lijst staat de Tapuit te boek als ‘bedreigd’ (van Kleunen et al. 2017). De verspreiding is de afgelopen decennia steeds verder in noordelijke richting ingekrompen, zowel in de binnenlandse heidegebieden als in de kustduinen. Een substantieel deel van de resterende Nederlandse Tapuitenpopulatie broedt in enkele Noord-Hollandse duingebieden. De Natura 2000-gebieden tussen Callantsoog en Den Helder (Noordduinen) en de duinen van Texel zijn belangrijke resterende bolwerken. Op Texel waren rond 1990 nog 120-140 paren aanwezig. Daarna nam de stand af tot minder dan 20 in 2008. Sindsdien is van een opvallend herstel sprake, tot 45-54 in 2014-16 (gegevens Sovon). Karteringen in 2018 en 2019 leverden schattingen op van 42-45 paren respectievelijk 61-65 paren, en voor 2020 bedraagt de schatting zelfs rond de 78 paren (gegevens C. Smit en Sovon). Voor de Tapuit zijn doelen geformuleerd voor Natura 2000-gebied ‘’Duinen en Lage Land Texel’’. Het gaat hier om een herstelopgave van het leefgebied voor 100 broedparen. Staatsbosbeheer Texel en Nationaal Park Duinen van Texel hebben aangegeven geïnteresseerd te zijn in de situatie van de Tapuit op Texel, in het bijzonder in relatie tot begrazing en mogelijke predatie door verwilderde huiskatten. In 2016 is daarom met behulp van gericht veldwerk onderzoek gedaan naar de aantallen, verspreiding en het broedsucces van Tapuiten in het grootste bolwerk op Texel, de Eierlandse Duinen (van Turnhout & Majoor 2016b). In 2017 tot en met 2021 is dit onderzoek gecontinueerd, en is de vraagstelling gaandeweg aangescherpt (van Turnhout & Majoor 2017, 2018, 2019, 2020). Tot 2009 werd dit gebied met schapen begraasd, sindsdien vindt er geen begrazing plaats (afgezien van Konijnen).

Uitgever
Sovon Vogelonderzoek Nederland
Rapportnr
2022/07