KerninformatieA191 Grote Stern broedvogel (Bouwsteen ten behoeve van het Strategisch Plan Natura 2000)

Deze bouwsteen richt zich op de Grote Stern in de hoedanigheid van broedvogel. De Grote Stern is voornamelijk van april tot september in ons land te vinden en de broedgebieden beperken zich tot enkele schaars begroeide eilanden, schorren en kwelders in het Waddengebied en de Zuidwestelijke Delta. De soort broedt hier in grote kolonies van honderden tot duizenden broedparen, vaak in gezelschap van Kokmeeuwen en/of Zwartkopmeeuwen. De Grote Stern is betrekkelijk nomadisch, waardoor broedkolonies snel kunnen ontstaan of verdwijnen en er veel uitwisseling tussen verschillende kolonies plaatsvindt. Het voedsel bestaat vrijwel uitsluitend uit vis, met name haring en zandspiering, die op zee middels duikvluchten wordt gevangen. Na de broedtijd trekken de Grote Sterns, aanvankelijk vaak nog in gezelschap van hun vliegvlugge jongen, voor het grootste deel weg naar West-Afrika. Kleinere aantallen blijven hangen rond de Middellandse Zee en een enkeling overwintert langs de kust in Nederland. In Nederland broedt ca. 15-25% van de geschatte Europese broedpopulatie.